Je bereidt je voor op het praktijkexamen door een programma te kiezen en te oefenen dat past bij je graad en je stijl. Je moet minimaal drie stukken spelen, waarvan één een technisch stuk is en één een vrije keuze stuk. Je kunt kiezen uit verschillende genres, zoals rock, pop, jazz, musical, klassiek of wereldmuziek.

Je moet ook een prima-vista (zichtlezen) test doen, waarbij je een onbekend stuk moet spelen na een korte voorbereidingstijd. Daarnaast moet je ook een gehoortest doen, waarbij je moet laten zien dat je een goed gehoor hebt voor ritme, melodie en harmonie. Je kunt je voorbereiden op deze tests door veel te luisteren naar verschillende soorten muziek en te oefenen met het herkennen en naspelen van muzikale elementen.